Wilgstraat 61, 2565 MC  DEN HAAGtel. 070 - 7370111 • fax 084 - 8829521KvKnr 27178571

Politierechter maandagmiddag 16 september

(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT - Als voetbal om geld draait en het meer als een economisch dan als een sportief gebeuren wordt gezien, herkennen de supporters zichzelf niet meer in hun club. Dit zei Mr. H. Veldhuizen, die maandagochtend bij een politierechterzitting raadsman was van een van de acht FC-Utrechtsupporters was die terecht stonden wegens vernieling. Hij vond dat het gedrag van de supporters deels zijn oorzaak vondt in de vervreemding van hun club.

maandag 16 december 1985

Mr. Veldhuizen: De bestuurders zouden zich meer van hun aanhang moeten aantrekken. In het eigen honk van de jongens is pas één keer een bestuurslid geweest. Hij meende ook dat het tegenwoordige agressieve karakter van de sport zijn tol eiste. Een bekend trainer heeft eens gezegd dat voetbal oorlog is. Van jongens die net zijn aangestoken door een soort oorlogsfilm wordt verwacht dat ze als makke schapen in de trein gaan zitten, aldus de advocaat.
De acht verdachten zouden op 10 november vorig jaar betrokken zijn geweest bij het vernielen van een treinstel in het station van Breda. Dit gebeurde rond half tien ’s avonds na afloop van de wedstrijd NAC-FC-Utrecht. Binnen tien minuten van het gehele interieur vrijwel niets meer over. Ramen gingen aan diggelen, zittingen van stoelen vlogen vervolgens naar buiten, de klapstoelen, reclameborden en stangen in de balkons sneuvelden en het treinstel werd in duisternis gehuld, doordat vrijwel alle TL-buizen aan scherven werden geslagen.

Die laatste vernieling deed verschillende raadslieden van de verdachten twijfelen of de getuigenverklaringen van politie en hoofdconducteur wel betrouwbaar waren. Binnen de kortste keren was het pikkedonker. Hoe kan men dan precies hebben gezien wie wat heeft gedaan?, aldus Mr. L. Agterberg die vrijspraak bepleitte voor zijn cliënt.
Politierechter Mr. Th. Clarenbeek legde het pleidooi van de advocaten op dit punt echter naast zich neer en veroordeelde zes verdachten tot geldboetes en voorwaardelijke gevangenisstraffen. Hij achtte de verklaringen in het proces-verbaal duidelijk genoeg. Bij twijfel hadden de advocaten de getuigen alsnog opnieuw kunnen laten oproepen, sprak hij.

Twee utrechters van 18 en 20 jaar werden weliswaar vrijgesproken, maar dit gebeurde omdat de tenlasteleggingen niet op de feiten sloegen waarvan de twee werden beschuldigd.

De hoogste straf - acht weken voorwaardelijke gevangenisstraf en duizend gulden boete - kreeg de 21-jarige utrechter H. van U.. Hij moest zich tevens verantwoorden voor zijn deelname aan een vechtpartij op het Plein in Houten op 30 december. Die vond plaats bij het uitgaan van de discotheek.

De andere vier verdachten in de leeftijd van 18 tot 20 jaar kregen voorwaardelijke gevangenisstraffen van vier tot zes weken en geldboetes van 100 tot 500 gulden.

Politierechter maandagmorgen 16 december

(overige zaken achter gesloten deuren)

(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT - De 40-jarige Drontenaar J. van S. is door de Utrechtse politierechter veroordeeld tot twee weken voorwaardelijke gevangenisstraf.

Hij had op 9 februari twee 27mc-zenders te koop aangeboden op de Vleutense zwarte mark. De apparatuur was niet PTT-goedgekeurd.

(Van een onzer verslaggevers) De 36-jarige H.N. is door de Utrechtse politierechter veroordeeld tot 500 gulden boete en een maand voorwaardelijke gevangenisstraf. Hij had op 30 juni vorig jaar in IJsselstein een vrachtwagen gestolen.

H., die een zwervend bestaan leidt en niet op de zitting verscheen had de wagen meegenomen ‘omdat hij hem als onderdak wilde gebruiken’. Hij werd aangehouden toen hij het voertuig aan het overschilderen was.

(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT - ‘Ongelooflijk” en ‘onzinnig’. Zo omschreef Mr. J. Boone de eis van een jaar rijontzegging, 1.500 gulden boete en twee weken voorwaardelijke gevangenisstraf tegen zijn 24-jarige cliënt P.B. die met drank op had gereden.

De Cothenaar had op 31 maart nadat hij in een café in Wijk bij Duurstede de overwinning van zijn voetbalclub had gevierd met zijn wagen naar huis willen rijden. Bij het wegrijden had hij zijn hij zijn auto tegen die van een medeweggebruiker gemanoevreerd. Hij had voor 1,82 promille aan drank op.

Op 24 augustus was hij opnieuw aangehouden. Toen was bij een bij een routinecontrole in zijn woonplaats uitgekomen dat hij voor 1,79 promille had gedronken. Hij had toen net gevierd dat hij bij een sollicitatie was aangenomen.

Officier van justitie Mr. O. Brouwer merkte op dat B. er geen blijk van gaf welk gevaar hij op de weg oplevert. In reactie op het verweer van Mr. Boone hield hij de verdachte voor dat zijn eis nog onder de richtlijnen was.

Politierechter Mr. H. Schepen oordeelde desalniettemin milder. Hij veroordeelde de man tot negen maanden ontzegging, waarvan drie maanden voorwaardelijk en 600 gulden boete.


/ Voor print en webontwerp / Portfolio en Curriculum / De politierechter: vonnissen een jaar na dato / Politierechters 1985 / Politierechter maandagmiddag 16 september


> Schrijf een beoordeling