Politierechter vrijdagmiddag 1 november

UTRECHT - De 39-jarige B.K. uit Vleuten-De Meern heeft van de Utrechtse politierechter een boete gekregen van 200 wegens mishandeling van een jongen in een snackbar in Kamerik op 11 augustus vorig jaar.

vrijdag 1 november 1985

Over de toedracht liepen de meningen van verdachte en slachtoffer uiteen. K.
zei dat hij zag dat een groep jongens probeerde voor te dringen. Hij zou daar wat van gezegd hebben, waarop een van de jongens een geldbriefje van de toonbank blies toen K. wilde betalen. Hierop zou deze een afwerend gebaar naar de jongen hebben gemaakt. Het slachtoffer beschreef het op de zitting echter anders.
Volgens hem was dat afwerende gebaar een flinke klap tegen zijn wang, waardoor een jacket bij hem afbrak.

Officier van justitie Mr. T. van Dijk eiste 400 gulden boete en toewijzing van de tandartskosten. K.'s raadsman bepleite echter vrijspraak. Hij benadrukte dat zijn cli‘nt totaal niet de bedoeling had om iemand te mishandelen. Hij had alleen later een paar klappen uitgedeeld, omdat hij zich moest verweren toen hij door de knaap en diens vrienden werd geslagen.

Politierechter Mr. G. van der Burg hield in haar vonnis wel rekening met de situatie waar K. later in verzeild raakte en veroordeelde hem tot een voorwaardelijke boete van 200 gulden. Wel moet de man alsnog de schade aan het slachtoffer betalen. Die bedroeg ruim 670 gulden.

UTRECHT - “De hele zaak is uit zijn voegen getrokken. De politie heeft op het Bilthovense politiebureau grof geweld tegen mijn cliënt gebruikt. Hij had pijn aan zijn strottehoofd en gekneusde ribben. Door de publiciteit van de pers heeft hij grote moeilijkheden met zijn werk gekregen. Hij heeft absoluut niet de opzet gehad om een agent te slaan. Hij probeerde zich alleen los te rukken.”

Dat zei Mr. A. van Roo gisteren tegen de Utrechtse politierechter Mr. G. van der Burg. Hij verdedigde de 60-jarige A. van S. uit De Bilt, die op 5 februari in zijn woonplaats op de Van Dijklaan in zijn auto werd aangehouden, omdat overmatig drankgebruik werd vermoed. Daarbij verzette hij zich hevig. Op het politiebureau was hij geboeid, maar toch wist hij een agent van zich af te werken. Die stootte zijn hoofd tegen een metalen deurlijst en liep een buil op.
Toen er uiteindelijk bloed was afgenomen, bleek S. 1,01 promille aan alcohol op te hebben.

Er was tegen de man vier maanden voorwaardelijke rijontzegging, drie weken voorwaardelijke gevangenisstraf en 2.500 gulden boete geëist. Politierechter Mr. G. van der Burg verklaarde de dagvaarding voor de mishandeling nietig, omdat daar niet duidelijk uit bleek of die op het slaan op straat of op het politiebureau was toegespitst. De man werd dus alleen voor rijden onder invloed veroordeeld en kreeg daarvoor duizend gulden boete. ‘Ik heb er achteraf spijt van dat ik geen klacht over het politieoptreden heb ingediend”, zei R., voor hij de rechtszaal verliet.

UTRECHT - Omdat hij op 9 februari op de Straatweg in Maarssen doorreed na een aanrijding en weigerde een bloedproef af te nemen werd de 31-jarige J. de B. uit Zoetermeer veroordeeld tot twee weken voorwaardelijke gevangenisstraf, 2.500 gulden boete en een jaar rijontzegging met aftrek. Hij was zijn rijbewijs al negen maanden kwijt. De man zei op de zitting dat hij die avond overspannen was en de nodige hoeveelheid whisky ophad. In '83 was hij ook voor rijden met drank op veroordeeld.

De 48-jarige K.O. had op 10 oktober vorig jaar een hele fles vermouth op toen hij met zijn wagen in Maarssen tegen een lantaarnpaal belandde. Hij kreeg zes maanden voorwaardelijke rijonzegging en 2.500 boete. Hij noemde zijn handelen 'superstom'. De schade heeft hij inmiddels betaald.

Terug